Groot-Nederland terug op de politieke agenda? Harold van der Kraan

Groot-Nederland terug op de politieke agenda? Harold van der Kraan

De lofrede die N-VA-voorzitter Bart De Wever in een interview over Nederland afstak, brengt een oud politiek Vlaamsgezind stokpaardje terug op de agenda. Toch wil De Wever nog een stuk verder gaan dan zijn eigen partij. Binnen de statuten van de N-VA klinkt het als volgt: “Het Vlaanderen van de N-VA stelt zich open voor internationale samenwerking en kijkt hiervoor in de eerste plaats naar Nederland.”

Samenwerkingsverbanden met Nederland zijn al op veel vlakken een feit, zoals de strategienota Vlaanderen-Nederland al in detail omschrijft.  Maar dat volstaat dus niet voor De Wever. Eerder had ook VB-voorzitter Van Grieken een soortgelijke Vlaams-Nederlandse boodschap geformuleerd vanuit ‘persoonlijke naam’. In essentie komt hun persoonlijk pleidooi min of meer op hetzelfde neer.

De timing van De Wevers uitspraken op de vooravond van de nationale feestdag was natuurlijk niet toevallig. Toch opmerkelijk, gezien historicus Bruno De Wever, een autoriteit op dit vlak, al meermaals aangaf dat het thema zo goed als dood en begraven is. Ook in Nederland leeft het nauwelijks, enkele uitspraken van Geert Wilders buiten beschouwing gelaten. Toch is Groot-Nederland (of de Dietse gedachte) een onderwerp dat om de zoveel tijd terugkomt in de geschiedenis.  

In zijn boek Holland and Belgium, their common history and their relations, een samenvatting van een reeks lezingen die hij in 1920 gaf, uitte de Nederlandse historicus Pieter Geyl zijn bezorgdheden rond de jarenlange verfransing van Brussel en Vlaanderen. In het betoog, dat afrekende met de ‘kleinnederlandse’ geschiedschrijving, omschreef Geyl de eeuwenoude stiefmoederlijke behandeling van het Nederlands als taal en het Frans als leidende taal in België, ook in Vlaanderen.

Gaandeweg was er sprake van een ‘Groot-Nederlandse beweging’ die ook op bijval kon rekenen in studentenmilieus over ideologische grenzen heen. Er werden zelfs Groot-Nederlandse studentencongressen georganiseerd die echter vooral baadden in theoretische beschouwingen. Over de praktische kant van een mogelijke hereniging van Vlaanderen en Nederland werd minder concreet nagedacht. Ook zou het politiek draagvlak bij de gevestigde partijen in die periode al bij al beperkt blijven.

Waar de Groot-Nederlandse gedachte aanvankelijk berustte op een romantisch ideaal, was ze na de Tweede Wereldoorlog fel gecompromitteerd door de collaboratie, die een deel van de Vlaamse beweging had gepleegd zoals het fascistisch-gezinde Verdinaso. Van Groot-Nederland was, ondanks de intenties van verschillende vooraanstaanden binnen de Vlaamse beweging, niets in huis gekomen. De Duitse bezetter moest er niets van weten en na de oorlog was het thema al helemaal naar de achtergrond verdwenen.

Toch zou het idee in de marge blijven bestaan. De wederopstanding van het politieke Vlaams-nationalisme kwam al relatief kort na de Tweede Wereldoorlog. Sinds 1954 ging de Volksunie terug een belangrijke rol van betekenis spelen en ook binnen de CVP was er een Vlaamsgezinde vleugel. Niettemin was de Groot-Nederlandse gedachte vooral een vooral cultureel concept binnen verenigingen zoals het ANV (Algemeen-Nederlands Verbond) en andere Vlaams-Nederlandse organisaties zoals de Orde van den Prince. Dat democratisch taalkundig cultureel streven bestaat tot op de dag van vandaag.

De Vlaamse beweging is een huis met vele kamers. Binnen de radicale vleugel van de Vlaamse beweging zou later het Vlaams Blok bij monde van figuren zoals Roeland Raes de Groot-Nederlandse gedachte levendig houden.  Raes, die later ondervoorzitter zou worden, stond begin jaren zeventig ook mee aan het roer van de rechts-extremistische Nederlandse Volks-unie (niet te verwarren met de Vlaamse Volksunie).  Ook Filip Dewinter zou later nog uitspraken in de richting van een Vlaams-Nederlandse hereniging doen en bij Voorpost organiseren ze zelfs Heel-Nederlandse voetbaltornooien. Al bij al fenomenen in de marge. Van enige politieke relevantie of draagvlak voor Groot-Nederland was echter in de Lage Landen geen sprake, ook niet de decennia die zouden volgen.

Groot-Nederland is de voorbije jaren dus vooral geclaimd door figuren binnen radicaal-rechts. Het is daarom opmerkelijk dat De Wever het thema opnieuw op de agenda zet in het kader van een verdere staatshervorming. De vraag blijft of het een ballonnetje was om de temperatuur van het water te voelen, dan wel een ernstige poging om het debat terug op gang te trekken. Afgaande op de reacties, heeft het er alle schijn van dat het eerste scenario het meest waarschijnlijk is. Verder blijft het wachten op de eerste reactie uit Nederland, wat wellicht ook al veelzeggend is. De geschiedenis herhaalt zich.

 

Harold van der Kraan

Print Friendly and PDF
Spinoza als ultieme vrijdenker - Fred Neerhoff en David Bakker

Spinoza als ultieme vrijdenker - Fred Neerhoff en David Bakker

De overvloed – Annie Dillard

De overvloed – Annie Dillard