Poetin - Steven Lee Myers

Poetin - Steven Lee Myers

Er is geen gebrek aan boeken over Poetin en ze worden telkens nog omvangrijker ook. Hubert Smeets vertelde zijn verhaal De wraak van Poetin op 360 pagina’s, Hutchins en Korobko hadden 437 pagina’s nodig en bij Myers zijn het er 607 geworden. En op korte tijd is de Nederlandse vertaling al aan zijn vijfde druk toe. Myers was acht jaar correspondent voor The New York Times in Moskou en verbleef er nog eens anderhalf jaar om dit boek te schrijven. Het begint met een kaart van Rusland en zijn buurlanden, waar ook de vroegere namen op staan (Gorki, Stalingrad, Sverdlovsk) en ook de opstandige gebieden van Oekraïne.

De auteur begint met Poetins vader, die in november 1941 dertig jaar was en gewond raakte in de slag om Leningrad. Vader Vladimir Poetin was een ongeschoolde arbeider, zoon van Spiridon, die voor de Russische Revolutie chef-kok was in het Astoria hotel van Sint-Petersburg en later als kok fungeerde voor Stalin, iets wat Myers niet vermeldt, maar Chlevnjoek wel.

Vader Vladimir en moeder Maria, beide geboren in 1911, waren getrouwd in 1928, op hun 17de. Ze hadden drie zonen: Oleg (°1932), Viktor (°1939) en Vladimir Vladimirovitsj, geboren op 7 oktober 1952, een nakomer dus. De eerste twee zonen leefden niet lang. De jonge Vladimir was geboren in Leningrad, waar Stalin op het einde van de jaren ’40 een tweede grote zuiveringsactie had gehouden, na die van 1936-1938: tientallen partijbonzen en hun familie werden gearresteerd, verbannen of doodgeschoten. Hoewel de Poetins partijleden waren, kregen ze van 1944 tot 1964 slechts een afschuwelijk flatje van één kamer, hoop en al 17 m², in een vervallen gemeenschappelijk gebouw (kommunalka), zonder warm water of bad, met gemeenschappelijke keuken, toilet etc. De kleine Poetin groeide dus op in armoede, een groot contrast met de 40 miljard dollar die hij nu zou bezitten. De vader was arbeider, de moeder had allerlei overlevingsbaantjes. Ze was diepgelovig en liet de kleine Vladimir in het geheim dopen. Door de kerkvervolging kon dat niet openlijk.

Pas vanaf 1 september 1960 ging Poetin naar school. Hij was toen bijna acht jaar. Zijn moeder had de kleuterschool overgeslagen. Op de lagere school was hij aanvankelijk een herrieschopper, hij werd betrapt met een mes en mocht niet bij de Pioniers (de jongste communisten tot ergernis van zijn vader. De onderwijzeres van het vierde studiejaar deed haar beklag dat zo’n intelligente jongen zo ongedisciplineerd en onverschillig was. Hij werd dan naar de judoles gestuurd, bij de gebroeders Rotenberg, die later dank zij hem miljardair werden. Door de judoles verbeterde zijn gedrag. Vanaf de zesde klas mocht hij wel bij de Pioniers, zelfs bij de leiding en vanaf klas 8 (1967) bij de Komsomol (communistische jeugd). Naar het voorbeeld van een acteur in een propagandafilm besloot hij in 1968, op zijn 16de dus, om spion te worden. Hij bood zich aan bij de KGB in Leningrad, waar hij te horen kreeg dat hij dan eerst de middelbare school moest afmaken en dan rechten moest studeren. Terwijl de Russen binnenvielen in Praag, luisterde hij zorgeloos naar plaatjes van The Beatles, die als smokkelwaar van hand tot hand gingen. Ondertussen was het gezin Poetin welvarender geworden, zodat ze een driekamerdatsja konden kopen nabij Leningrad.

Poetin beëindigde zijn middelbare school met goede punten voor Duits en geschiedenis, maar niet voor wiskunde en natuurkunde. Hij slaagde voor het toelatingsexamen van de prestigieuze Staatsuniversiteit van Leningrad, waar de slaagkans 1 op 40 was. In 1970 begon hij er aan rechten, dat hij combineerde met judowedstrijden. In 1975 begon hij te werken bij de KGB, waarvan de bevoegdheden in binnen- en buitenland toen zo groot waren dat ze een staat binnen de staat vormde. De leiding lag van 1967 tot 1982 bij Joeri Andropov, die tijdens de Hongaarse opstand in 1956 ambassadeur was in Boedapest (en daar slechte herinneringen aan overgehouden had) en later even partijleider (1982-1984). Poetin kreeg een opleiding tot luitenant en hield zich bezig met contraspionage en meer bepaald met het ronselen van geheimagenten bij zakenlieden, journalisten en sporters, die in het buitenland reisden en contacten hadden met buitenlanders. Na zes maanden promoveerde hij naar de afdeling buitenland, dank zij zijn kennis van het Duits, waarvan hij nog drie keer per week twee uur extra bijles kreeg.

In 1979 werd hij bevorderd tot kapitein en mocht hij een tijdje naar Moskou om de kaderopleiding te volgen aan het Felix Dzjerzjinski-instituut, genoemd naar de  Pool (1877-1926), die in 1917 de Tsjeka had opgericht en daarmee de Rode Terreur had geleid. In 1979 was Poetin 27 en nog niet getrouwd. Net voor zijn geplande trouw, waarvoor de ringen en de kledij al gekocht waren, had hij een einde gemaakt aan zijn relatie met Ljoedmila Chmarina, een studente geneeskunde. Dat intrigeerde de KGB, die niet graag vrijgezellen naar het buitenland stuurde uit vrees dat ze bij seksuele betrekkingen ontmaskerd zouden worden. In maart 1980 ontmoette hij een andere Ljoedmila Sjkrebneva, een 22-jarige Aeroflot-stewardess uit Kaliningrad. In juli 1980 verhuisde zij naar een pover flatje in Leningrad. Maar als ze met Poetin op vakantie ging aan de Zwarte Zee of op de Krim, hadden ze alle comfort.  Pas in 1983 was Poetin geïnteresseerd in een trouw. Dat gebeurde op 28 juli en enkel voor de wet, want een KGB-er mocht niet kerkelijk trouwen. Volgens KGB-collega Igor Antonov trouwde Poetin vooral om carrière te kunnen maken. Een jaar later werd hij al bevorderd tot majoor en mocht hijin Moskou gaan studeren aan de eliteopleiding voor spionnen in een geheim complex in de bossen rond Moskou. Joden, Tataren en Tsjetsjenen waren daar niet toegelaten.

Terwijl Poetin in Moskou studeerde, verbleef zijn zwangere vouw in Leningrad bij Poetins ouders. Op 28 april 1985 beviel ze van een dochter, Maria of Masja. Poetin was er niet bij. De opleiding tot spion werd na 1 van de 3 jaar afgebroken wegens een vechtpartij. Poetin kreeg een middelmatige beoordeling en mocht niet naar het Westen, maar naar Dresden in de DDR. Hij was 33 en nog nooit buiten de SU geweest. De fameuze STASI had 91.000 ambtenaren en 173.000 informanten om 17 miljoen mensen te controleren. De KGB was ook goed vertegenwoordigd: met honderden medewerkers in Berlijn was ze de grootste buiten de SU. In Dresden had de KGB een kleine buitenpost, met slechts 6 à 8 officieren. Poetin bleef hier 4,5 jaar: van augustus 1985 tot voorjaar 1990. Zijn vrouw en baby volgden in het najaar. Aan de overkant van de Bautznerstrasse lag het Stasi-hoofdkwartier. Het was zo groot dat er 3.000 mensen in konden wonen. Medewerkers zaten er uren lang gesprekken af te luisteren die overal opgenomen werden.

De officieren van de KGB en van het Rode Leger kochten in de DDR voedsel, kleding en elektronica, die ze naar Rusland stuurden om daar op de zwarte markt te laten verkopen. In Dresden had de KGB een winkel met Russische producten en ze had er ook scholen voor de kinderen. Vanuit Dresden controleerde de KGB ook Leipzig, Gera en Karl Marx Stadt (Chemnitz). Poetin leidde er een comfortabel leven: hij stopte met judo, dronk graag Radeberg Pilsner en kwam snel 12 kilo aan. Op 31 augustus 1986 werd in Dresden zijn tweede dochter geboren: Jekaterina ofKatja. De kernramp in Tsjernobyl (1986) vernam hij uit Westerse bronnen. In 1987 werd hij bevorderd tot luitenant-kolonel en tweede man van de post. Terwijl Gorbatsjov toenadering zocht tot Reagan, bleef de DDR-leiding vasthouden aan de harde lijn. Poetin zat op de lijn van Gorbatsjov en zag in dat de oude marxist Honecker en Stasi-chef Mielke de steun van de bevolking snel kwijtraakten. In augustus 1989 opende Hongarije de grens met Oostenrijk. Oost-Duitsers trokken massaal naar Hongarije, om vandaar verder te emigreren. In Oost-Duitse steden eiste men democratische verkiezingen en economische hervormingen. In september-oktober zwol het protest aan.

Op 2 oktober beval Honecker het protest met geweld neer te slaan, maar de militairen voerden zijn bevel niet uit. Op 6 oktober 1989 kwam Gorbatsjov naar Berlijn, officieel om de 40° verjaardag van de DDR te vieren, maar in feite om Honecker te verplichten om toe te geven aan de demonstranten. Honecker weigerde dit en werd kort daarna afgezet en vervangen door Egon Krenz. Die kon het tij niet meer keren. Op 9 november 1989 verklaarde een woordvoerder van het Politbureau (Günter Schabowski, 1929-2015) dat alle Oost-Duitsers vrij naar het Westen mochten reizen. Tienduizenden trokken naar de Muur, de grensbewakers lieten hen verder gaan naar de Westelijke kant waar ze begroet werden door euforische West-Duitsers. De KGB-ers in Dresden voelden zich overweldigd door de gebeurtenissen. Poetin klaagde dat niemand in Moskou zich nog druk maakte om hun rapporten over de gebeurtenissen in de DDR.

De Muur viel, maar de regering en de Stasi bleven nog even  overeind. In Dresden betoogde de massa tegen de Stasi, voor de ogen van Poetin en plunderde het gebouw. Poetin was bang van de agressieve menigte, hij belde met het opperbevel van het Sovjetleger in Dresden, maar dat stuurde geen hulp, omdat er geen bevel uit Moskou kwam. De Sovjetleiding wou niet meer interveniëren zoals in 1953, 1956 en 1968. Poetin sprak dan zelf de betogers dreigend toe en ze lieten het KGB-gebouw met rust. Poetin vreesde toen dat zijn carrière voorbij was. De instorting van het Sovjetideaal en de vernederende terugtocht deden hem pijn. De DDR-mensen uit zijn omgeving verloren hun werk bij de Stasi en voelden zich verraden door Moskou en door Poetin. Horst Böhm, de Stasi-chef in Dresden, pleegde zelfmoord (of werd vermoord) op 21 februari 1990. De KGB probeerde wanhopig alle dossiers te vernietigen: het ging om twaalf vrachtwagens, de verbrandingsoven bezweek eronder. Dan dumpte men ze in een put, ze goten er benzine over en staken ze in brand. Toch wist de West-Duitse inlichtingendienst massa’s dossiers in handen te krijgen en de namen van de Stasi-medewerkers (en van de doping-atleten)  te onthullen.

In februari 1990 verhuisden de Poetins naar Moskou. Na het comfortabele leven in Dresden maakten ze weer kennis met de eindeloze wachtrijen, rantsoenkaarten en lege rekken in hun eigen land. Uit heel Oost-Europa werden massa’s Russen gerepatrieerd. De meesten zaten zonder werk en zonder woning. De Poetins zaten drie maanden zonder salaris. Ze trokken naar Leningrad, waar Poetin eerst een onbenullig KGB-baantje kreeg aan de universiteit: hij moest studenten en bezoekers uit het buitenland in ’t oog houden. Daarnaast werd hij adviseur van Sobtsjak, de voorzitter van het Huis van Afgevaardigden in Leningrad. In juni 1991 werd niet Gorbatsjov, maar Jeltsin gekozen tot president en Sobtsjak tot burgemeester van Leningrad, dat hij na een referendum weer de oude naam Sint-Petersburg gaf. Hij wou ook het lijk van Lenin overbrengen, zoals Lenin had gevraagd  in zijn testament, maar dat ging niet door. Poetin werd Sobtsjaks directeur voor buitenlandse betrekkingen. Sobtsjak moest op 18 augustus 1991 naar Moskou, om het nieuwe Unieverdrag te ondertekenen, dat de bevoegdheden van het centrale gezag overdroeg aan de afzonderlijke Sovjetrepublieken. Een staatsgreep van vicepresident Janajev, KGB-chef Krjoetskov op 19 augustusverhinderde dit.

Gorbatsjov kreeg huisarrest op de Krim. Het leger en de KGB moesten het land onder controle houden met tanks. Sobtsjak en Jeltsin stonden ook op de arrestatielijst van de KGB, maar zo ver kwam het niet. Poetin was op vakantie in Kaliningrad en keerde op vraag van Sobtsjak terug naar Sint-Petersburg, waar Sobtsjak een menigte van 130.000 mensen bijeengebracht had tegen de militaire staatsgreep. Op 21 augustus was de coup  voorbij en kon Gorbatsjov terugkeren naar Moskou. Jeltsin werd de leider van het nieuwe Rusland. Poetin nam ontslag uit de KGB en belandde als medewerker van Sobtsjak in het winnende kamp, zonder dat hij dat zelf besefte. Sobtsjak, na Jeltsin de meest prominente politicus van Rusland,  benoemde Poetin tot hoofd van de afdeling buitenlandse economische zaken en zo werd hijvoor het eerst geïnterviewd op tv. Hij mocht met Sobtsjak naar Londen voor een ontmoeting met premier John Major en naar Berlijn voor een ontmoeting met kanselier Kohl, waarbij Poetin als tolk optrad. Poetin mocht ook Kissinger afhalen op het vliegveld.

Time portretteerde Sobtsjak als één van de rijzende sterren dievan Rusland een democratie en vrije markt zou maken. Maar hij werd arrogant en mislukte. De stad raakte bankroet, er was voedseltekort. Met Poetins hulp toverde hij de stad om tot een casinoparadijs, Poetin ging zelfs in Hamburg kijken hoe erotische shows verliepen, maar de 20 casino’s kregen geen vergunning van de regering in Moskou. De invoering van de markteconomie mislukte eveneens: sommigen werden superrijk, maar vele gepensioneerden, onderwijzers en artsen leden armoede. Poetin kreeg de schuld. Op 30 augustus 1992 werd Sobtsjak afgezet door de gemeenteraad, maar die bleek die bevoegdheid niet te hebben. Het is niet bewezen dat Poetin zich verrijkt had met de import van voedsel, maar men vermoedt het wel. Een onderzoekscommissie verweet hem “volstrekte incompetentie, grenzend aan kwade trouw”. Sobtsjak daarentegen bevorderde hem tot locoburgemeester, met als taak buitenlandse investeerders werven voor de stad. Poetin trok naar Frankfurt en haalde de Dresdner Bank binnen om de Russische economie te integreren in de Duitse en om orde te brengen in de chaos van de economie en van de wetgeving. Daarna volgden de Deutsche Bank, Procter & Gamble, Heineken, Coca Cola e.a. Sobtsjak adviseerde Jeltsin bij de nieuwe grondwet van 1993 en liet het bestuur van de stad over aan Poetin. De shocktherapie van Jeltsin en Sobtsjak om het kapitalisme in te voeren leidde tot de catastrofe van de jaren ’90: het bbp daalde elk jaar met dubbele cijfers.

Dan kwam er een machtsstrijd tussen Jeltsin en de parlementen (Huis van Afgevaardigden en Opperste Sovjet). Op 21 september 1993 schafte Jeltsin beide parlementen af en hij liet zelfs hun elektriciteit, telefoon en het water afsnijden. Er volgde een gewelddadige betoging, Jeltsin riep de noodtoestand uit, tenminste honderd betogers sneuvelden, veel meer dan bij de staatsgreep van 1991. Het leger heroverde het parlement. Poetin en Sobtsjak steunden Jeltsin.

Sobtsjak deed in Sint-Petersburg wat Jeltsin in Moskou deed: hij brak de macht van de gemeenteraad en vergrootte die van hemzelf en van Poetin. De dure Goodwill Games van juli 1994 kostten 70 miljoen dollar en toonden het verval van de stad. Sobtsjak wilde ook de Olympische Spelen van 2004 binnenhalen, maar dat mislukte. In 1996 werd hij niet opnieuw verkozen, o.a. omdat zijn privébezit in het nieuws was gekomen. Poetin verloor zijn baan, zijn beschermheer en zijn levensdoel, net zoals in 1989-1990.

Jeltsin werd wel opnieuw verkozen, met de steun van oligarchen zoals Berezovski en Chodorkovski, hoewel de partij van de communistische leider Zjoeganov het grootste aantal zetels had behaald in de Doema. De kiescampagne van Jeltsin had 2 miljard dollar gekost aan de oligarchen, een huiveringwekkend bedrag. Poetin had geluk. Borodin nam hem in dienst. Borodin was hoofd van het “Presidentieel Bezit”, een verzamelnaam voor de paleizen, datsja’s, ambassades, vliegtuigen, ziekenhuizen, kuuroorden, hotels en staatsbedrijven in 78 landen, met een geschatte waarde van 600 miljard dollar. Poetin kreeghet toezicht op die bezittingen in het buitenland. Veel van die goederen lagen in voormalige satellietstaten en republieken zoals Oekraïne, die er zelf aanspraak op maakten. Hij bleef een onopvallende ambtenaar. In 1997 kreeg Poetin als opdracht een einde maken aan het plunderen van de staatskas (voor miljarden dollars). Hij klaagde een groot aantal lagere ambtenaren aan, maar niet de corrupte ex-minister van defensie Gratsjev. Ondertussen haalde hij nog een titel aan de universiteit van Sint-Petersburg, met een proefschrift dat door iemand anders overgeschreven was van een Amerikaanse studie.

De economische crisis van 1997-1998 in Azië  was een ramp voor Rusland: de olie-inkomsten smolten weg, er was belastingontwijking en kapitaalvlucht, de beurskoersen daalden met meer dan 50%, de devaluatie van de roebel beroofde miljoenen Russen van hun spaargeld. In juli 1998 kreeg Poetin weer een nieuwe functie: directeur van de Federale Veiligheidsdienst (FSB). Daarbij passeerde hij vele generaals van de KGB. In september 1999 mocht hij de zieke Jeltsin vervangen op de APEC-top in Nieuw-Zeeland, waar hij president Clinton ontmoette. Jeltsin beloonde hem dan met het premierschap. En in december 1999 droeg de zieke Jeltsin de macht van president aan hem over. Waarnemend president Poetin zette het jaar 2000 in met een decreet dat aan Jeltsin vele privileges toekende zoals een stevig salaris, een hele staf medewerkers, een datsja en de vrijwaring van juridische vervolging en van in beslagname van zijn vele bezittingen. Ondertussen ging de oorlog in Tsjetsjenië verder, met evenveel Russische soldaten als in Afghanistan (93.000) en met de verwoesting van Grozny. In maart 2000 won Poetin de presidentsverkiezingen met 53%, voor Zjoeganov en Javlinski.

In mei legde hij de eed af en na een militaire parade ontmoette hij Alexius II, de patriarch van de orthodoxe kerk. Van dan af kregen zijn dochters Masja (16/°1985) en Katja (15/°1986) huisonderwijs en leerden ze Duits, Frans en Engels. En wie hem vroeger gesteund had, werd nu goed beloond: zo loyaal was hij wel. De eerste Westerse leider die op bezoek kwam was Tony Blair, de tweede was Bill Clinton. Poetin legde een belastingtarief op van 13 % en hoopte dat iedereen voortaan zou betalen, wat de voorbije tien jaar niet gebeurd was. Myers vermeldt niet of dit ook gebeurde. Poetin maakte het aan- en verkopen van privébezit wettelijk mogelijk. Dankzij de stijgende olieprijzen, kon Rusland zijn schulden aan het IMF afbetalen. In de jaren 2000-2007 bedroeg de jaarlijkse groei ruim 6% ! Maar in augustus 2000 zonk de Koersk, de nieuwste kernonderzeeër, met 118 man, terwijl Poetin op strandvakantie was in Sotsji aan de Zwarte Zee. Hij kwam terug om de familieleden te ontmoeten, maar die waren razend. In juni 2001 ontmoetten Bush en Poetin elkaar voor het eerst, in Slovenië. Op 11 september was Poetin de eerste wereldleider die met het Witte Huis belde om aan Bush en Condoleezza Rice zijn medeleven te tonen. Hij was ook de eerste Russische leider sinds Lenin die een vreemde taal kende (Duits) en die ook één uur per dag Engels leerde. In oktober en november 2001 ontmoetten Poetin en Bush elkaar weer en ze schoten goed op.

In oktober 2002 kreeg Poetin weer een tegenslag te verwerken. Tsjetsjeense terroristen drongen in Moskou binnen in theater Nord-Ost en gijzelden 912 mensen. Op de derde dag liet Poetin de zaal bestormen: alle 41 gijzelnemers werden gedood, maar het gas dat men binnengelaten had, doodde helaas ook 130 gijzelaars. In 2003 ontving Poetin de oligarchen op het Kremlin. Ze mochten hun rijkdom behouden, zolang als ze het Kremlin niet tegenwerkten. Bij hen was ook Michail Chodorkovski, de rijkste Rus (en jood). Hij hield zich daar niet aan en beweerde dat de corruptie jaarlijks 30 miljard $ kostte en dat ook Rosneft, waar Poetin banden mee had,  daarbij was. Poetin reageerde woedend, want hij was persoonlijk betrokken bij dat oliebedrijf. Chodorkovski kreeg de raad het land te verlaten, maar weigerde dat. Hij bleef de confrontatie met het Kremlin zoeken en Rusland voorstellen als een bananenrepubliek. Op 25 oktober 2003 werd hij gearresteerd. Zijn bedrijf Joekos werd beschuldigd van belastingontduiking. In zijn cel betreurde hij dat hij in zijn overmoed tegen Poetin was opgekomen.

Bij de parlementsverkiezingen van december 2003 haalde Poetins partij een verpletterende zege. Met 36% van de stemmen had ze de absolute meerderheid in de Doema. De communisten werden met 13% gehalveerd. En Poetin werd met 71% vlot herkozen tot president. Poetin kantte zich, samen met Chirac en Schröder, tevergeefs tegen de Amerikaanse invasie in Irak. Hij stuurde Primakov naar Saddam, om hem tot aftreden te bewegen, maar die weigerde. De invasie leidde tot de val van Saddam, maar op termijn ook tot het ontstaan van I.S. Op 9 mei 2004, dag van de overwinning op nazi-Duitsland,  lieten Tsjetsjeense terroristen een bom ontploffen in het voetbalstadion van Grozny: er vielen dertien doden, inclusief de pas geïnstalleerde president Achmad Kadyrov.

Op 1 september 2004, de eerste schooldag waarop ouders en grootouders hun kinderen in feestkledij en met bloemen naar school brengen,  gebeurde weer een  drama: islamitische terroristen onder leiding van Sjamil Basajev, de meest gezochte terrorist van Rusland, bestormden een school in Beslan (Noord-Ossetië), dreven 1200 kinderen, ouders en grootouders bijeen in de gymzaal enhingen die vol bommen. Ze eisten de terugtrekking van het Russische leger uit Tsjetsjenië en de onafhankelijkheid. Dan ontplofte de gymzaal door een zware explosie. 334 gijzelaars sneuvelden, onder wie 18 kinderen plus 30 terroristen en 10 Russische commando’s. Poetin bezocht de gewonden in het ziekenhuis van Beslan, hield een tv-toespraak, waarin hij zijn nostalgie toonde naar de eendracht en de veiligheid van het Sovjettijdperk, dat al 13 jaar verdwenen was. Maar een terugtrekking uit Tsjetsjenië was (en is) niet aan de orde.

In oktober 2004 waren er presidentsverkiezingen in Oekraïne, met 48 miljoen inwoners na Rusland het grootse land van de ex-Sovjet-Unie. Het kende dezelfde chaos, corruptie, armoede en criminaliteit. En de wortels van Rusland lagen in het Kievse rijk van Vladimir de Grote, die in 988 christen was geworden. Rusland wou en wil het land binnen zijn invloedssfeer houden, zeker omdat  de Navo zich had uitgebreid met 7 voormalige Oostbloklanden : Slovenië, Slowakije, Roemenië, Bulgarije, Estland, Letland, Litouwen.  Poetin verkreeg dat president Koetsjma de ambitie liet vallen om lid te worden van de E.U. en van de NAVO, terwijl premier Joesjtsjenko, slachtoffer van vergiftiging met dioxine, daar een groot voorstander van was. Hij leidde hij de oranjerevolutie, samen met Joelia Timosjenko, die zich mateloos verrijkt had met een energieconcern. Poetin reisde zelf naar Kiev en verkondigde op de Oekraïense tv zijn steun voor Janoekovitsj. In de eerste stemronde haalde Joesjtsjenko 39,87 %, Janoekovitsj 39,32 %. Poetin vloog opnieuw naar Kiev om Janoekovitsj te steunen, die bij de tweede ronde (met stembusfraude) won met 49% tegen 48% voor Joesjtsjenko.

Op het Maidanplein verzamelde zich een steeds grotere menigte om te protesteren tegen de fraude. De E.U. en het parlement verklaarden de uitslag ongeldig. Janoekovitsj trok zich terug in Donetsk: de oostelijke regio’s Donetsk, Loegansk en Charkov bleven trouw aan hem en aan Moskou en verklaarden zich autonoom. Bij de derde stemronde won Joesjtsjenko, de man met gruwelijk verminkt gezicht, met 52 % tegen 44 % voor Janoekovitsj. Dit was een pijnlijke nederlaag voor Poetin. In een toespraak voor het parlement herhaalde hij dat de instorting van de SU de grootste geopolitieke catastrofe van de 20° eeuw was geweest. In 2004-2005 vond het showproces plaats tegen Chodorkowski. Zijn bedrijf Joekos werd verbeurd verklaard en verkocht aan Rosneft en Chodorkowski werd voor 9 jaar verbannen naar een strafkolonie in het verre Tsjita, aan de grens met China en Mongolië. Na Joekos, kreeg ook Sibneft (van Roman Abramovitsj) last met de fiscus. Het werd in juli 2005 opgekocht door Gazprom, dat geleid werd door Dmitri Medvedev en Aleksej Miller, twee vrienden van Poetin.

Poetin en Schröder legden, met de hulp van Gazprom, BASF en EON,  Nord Stream aan: de langste onderzeese aardgaspijpleiding ter wereld tussen Rusland en de Duitse kust. De Poolse minister van defensie noemde het “de energievariant van het Molotov-Ribbentroppact”. Toen Schröder na een verkiezingsnederlaag de plaats moest ruimen voor Merkel, gaf Poetin hem een beter betaalde voorzittersfunctie bij Nord Stream. Schröder noemde Poetin een “smetteloos democraat”. Op 23 november 2006 stierf Aleksandr Litvinenko, slechts 43 jaar oud, nadat het dure polonium 210 in Londen in zijn drank was gemengd, waarschijnlijk door agenten van Poetin, omdat hij boeken had gepubliceerd waarin hij de veiligheidsdiensten van Poetin terroristisch en corrupt had genoemd. Op 7 oktober was journaliste Anna Politovskaja ook al vermoord door een huurmoordenaar wegens haar verslagen over Tsjetsjenië. Bewijzen voor de betrokkenheid van Poetin waren er niet, vermoedens wel. In februari 2007 vond in München de jaarlijkse Sicherheitskonferenz plaats. Poetin gaf het Westen en vooral de VS zware verwijten wegens de uitbreiding van de NAVO, de raketschilden, het onbegrensd gebruik van militaire macht in de internationale politiek, een minachting van het internationaal recht. De toehoorders waren verbijsterd, maar velen juichten wel en de Süddeutsche Zeitung schreef: “De moeder van alle mislukkingen is de paternalistische manier waarop de winnaar van de Koude Oorlog de verliezer heeft behandeld”.

Poetins toespraak was een mijlpaal in de Russische relaties met het Westen, vergelijkbaar met Churchills Fulton speech van 1946 over het IJzeren Gordijn. Op 9 mei 2007 ging Poetin nog een stap verder door de VS te vergelijken met het Derde Rijk. Het ingebakken wantrouwen van vele Russen tegenover Europa werd door Poetin nog aangewakkerd. In 2007 wisthij  het IOC te overtuigen om de Winterspelen van 2014 toe te kennen aan Sotsji. Time riep hem uit tot “Person of the year”. Voor de presidentsverkiezingen van 2008 schoof hij Medevedev naar voor, die op zijn beurt Poetin voordroeg als premier. Tijdens Poetins achtjarig presidentschap was Rusland op de lijst van de minst corrupte landen gezakt van de 82° naar de 143° plaats en bevond het zich in het gezelschap van Angola, Guinee-Bissau en Togo. Zijn privébezit was enorm toegenomen. In 2008 lekte ook uit dat hij gescheiden was van Ljoedmila en een relatie had met de 25-jarige Alina Kabajeva, een voormalig wereld- en Olympisch kampioene ritmische gymnastiek.

Medvedev (43) werd vlot verkozen tot (jongste) president. De bevolking had behoefte aan stabiliteit en de overheid had zijn vijf tegenstanders, o.a. Kasparov, kansloos gemaakt door bureaucratische hinderpalen. Medvedev bleef als president in Poetins schaduw. Hij kreeg meteen een probleem op zijn bord: de oorlog tussen Georgië en het afgescheiden Zuid-Ossetië. Poetin zat toen naast Bush in Beijing voor de opening van de Olympische Spelen. Rusland steunde Zuid-Ossetië, Bush Georgië. Georgië verloor. Medvedev had pech dat, na de groei van 7% per jaar tijdens Poetin, de economische crisis uitbrak in de VS met Lehman Brothers (15/09/08). De crisis trof Rusland heel zwaar: de beurs verloor 1.000 miljard $ en dan stroomde nog eens 130 miljard $ het land uit. In 2009 kromp de Russische economie met 8 %, het hoogste percentage van de 20 grootste landen. Met tv-optredens ondermijnde Poetin het gezag van Medvedev. Ook de organisatie van de Olympische Winterspelen trok hij volledig naar zich toe en begunstigde daarbij zijn vrienden Arkadi en Boris Rotenberg, die bijna alle contracten kregen in ruil voor smeergeld. Wie zich tegen de corruptie verzette, moest vluchten (Morozov) of stierf in de cel (Magnitski). Medvedev durfde niet in te grijpen.

Obama zocht wel toenadering tot Medvedev en zag daarvoor af van een raketschild in Tsjechië en Polen. Samen ondertekenden ze een “New Start”-verdrag. Maar Poetin bleef anti-Amerikaans en behield zijn vetorecht tegenover Medvedev. Hij liet zijn gezicht bewerken door een plastisch chirurg.

In juli 2010 moest een beschermd natuurgebied wijken voor een nieuwe autosnelweg van Moskou naar Sint-Petersburg. Medvedev en de bevolking waren ertegen, maar Poetin en burgemeester Loezjkov van Moskou drukten hun wil door. In 2011 zonk een veerboot op de Wolga met 120 doden en stortte een vliegtuig neer met professionele ijshockeyers. Medvedev kreeg de schuld bij de bevolking. De parlementsverkiezingen van december 2011 verliepen weer met veel fraude: ambtenaren vulden stapels formulieren in en kiezers werden met bussen van het ene naar het andere stembureau gebracht om meerdere keren te stemmen. Verenigd Rusland was weer de grote winnaar. Bijna 100.000 mensen betoogden, maar tevergeefs. Het was de grootste betoging sinds 1991. Medvedev hoopte op een tweede termijn als president, maar Poetin trok de macht naar zich toe en werd herkozen met 63%, minder dus dan vorige keren. Zjoeganov kreeg 17%. Er was weer fraude met busvervoer en bijvullen van stembussen, maar ook zonder fraude was Poetinveruit nummer 1.

ontesterende dames van Pussy Riot (“poesje oproer”) werden na een showproces veroordeeld tot 2 jaar strafkolonie wegens hun vulgair optreden in de Christus Verlosserkathedraal. Op 7 oktober 2012 werd Poetin 60. Deze verjaardag ging gepaardmet een heuse persoonsverheerlijking. Ondertussen was zijn oudste dochter Maria getrouwd met de Nederlander Jorrit Faassen, manager bij Gazprom. In 2012 kregen ze een zoon, maar de media zwegen erover. Zijn jongste dochter Katja werd in 2012 op slechts 26-jarige leeftijd directeur van het Nationaal Intellectuele Ontwikkelingsfonds, dat een jaarbudget kreeg van ruim 2 miljard $. Ze zou getrouwd zijn met Kirill Sjamalov,  manager bij Gazprom en Siboer.

Het ontbreken van betrouwbare informatie over Poetins privéleven leidde en leidt tot vele geruchten, o.a. dat hij een zoontje (2010) en een dochtertje (2012) zou hebben bij Alina Kabajeva, die dat ontkent.

In 2013 werd Sotsji heropgebouwd voor de Winterspelen van 2014. Door de corruptie steeg de kostprijs van 12 tot 51 miljard $, 7 keer die van Vancouver in 2010. De Rotenbergs waren er goed mee. Poetin slaagde erin Janoekovitsj aan zijn kant te krijgen, zodat hij geen verdrag sloot met de E.U. In november 2013 liet hij Chodorkovski vrij, na 10 jaar cel en Duitse bemiddeling. Hij mocht naar Berlijn. Op 7 februari 2014 opende Poetin de Winterspelen. Obama, Merkel, Cameron weigerden te komen, Willem-Alexander was er wel. Rusland behaalde de meeste gouden medailles en de meeste medailles in het totaal. Op 18 februari brak in Oekraïne een burgeroorlog uit tegen Janoekovitsj. Deze vluchtte naar Rusland. Het parlement riep het Oekraïens uit tot enige officiële taal, ten nadele van het Russisch, dat door 1/3° van de bevolking gesproken wordt (15 op 45 miljoen).

Op 27 februari reageerde Poetin met de bezetting van de Krim. Dat schiereiland was in 1954 door Chroesjtsjov (“in een zatte bui”) aan Oekraïne gegeven, toen dat nog bij de SU behoorde. De EU, VS en G8 troffen harde sancties. Poetin sloeg terug en bezorgde vele problemen aan onze varkensboeren, appel- en perenkwekers en andere bedrijven. Kort daarop maakten opstandelingen in Donetsk en Loegansk zich los van de nieuwe regering in Kiev. De rebellenleiders waren etnische Russen en kregen de steun van Rusland, ook toen ze in juli 2014 eerst een Oekraïens vrachtvliegtuig neerhaalden en daarna met een Russische raket een vliegtuig met 283 passagiers en 15 bemanningsleden, dat van Amsterdam naar Kuala Lumpur vloog. Poetin ontkende elke betrokkenheid. Historicus Andrej Zoebov werd ontslagen omdat hij de annexatie van de Krim vergeleken had met de Anschluss van Oostenrijk in 1938. Het boek eindigt helaas al in maart 2015.

Myers heeft niet enkel een goed overzicht van Poetins leven en politieke opganggeschreven, maar tegelijk ook van Rusland en van de wereld tijdens de laatste drie decennia. Hij vertrekt bij zijn arme jeugd en eindigt bij de enorme macht en rijkdom die hij nu bezit. Hij toont ook aan dat Poetin, sinds hij aan de macht is, steeds autocratischer is geworden, minder bereid tot een compromis en sinds 2008 (ik zou zeggen: sinds 2007)  wantrouwiger en zelfs vijandigertegenover het Westen en de NAVO, waardoor hij zich ingesloten voelt. Met Bush schoot hij beter op dan met Obama en met Schröder beter dan met Merkel, ondanks hun gemeenschappelijk DDR-verleden. Myers ziet in hem een harde werker, met grote overredingskracht en politiek inzicht,  iemand die zijn zaken kent tot in de details, een vaderfiguur die over Rusland waakt en ook over de Russen buiten Rusland, die vindt dat Rusland een eigen zending heeft in de wereld en alles zal doen om Ruslands invloed en grootheid terug te winnen, die zijn land niet ziet als een deel van Europa en geen boodschap heeft aan Europese normen zoals democratie en mensenrechten, een man die weet hoe hij moet omgaan met radio en tv en met het persbureau Russia Today, de meertalige stem van het Kremlin,  maar ook een man die alle middelen gebruikt om zijn macht te behouden, inclusief corruptie, het naar zijn hand zetten van de rechterlijke macht, vervalste verkiezingen enhardeleugens in situaties zoals de aanhechting van de Krim of in het neerhalen van het passagierstoestel met bijna 300 doden door bevriende rebellen met een Russische raket.

Hij is ook van plan nog lang aan de macht te blijven, mogelijk zelfs tot 2024. Hij zet zich in voor traditionele waarden zoals het huwelijk, maar tegelijk is hij zelf gescheiden en heeft hij een relatie met een veel jongere gymnaste, wat heel Rusland weet. Myers vertelt heel aangenaam, maar bij momenten haalt hij er ook niet-relevante zaken bij en te veel en te lange fictieve dialogen, die hij zelf niet bijgewoond kan hebben. Het is me ook niet duidelijk hoe hij dingen kan weten zoals: “Achter de schermen vonden knetterende debatten plaats tussen Poetin en Medvedev”. Dikwijls dateert hij iets op een dag en een maand, maar zonder het jaartal erbij te zeggen: dat moet je dan zelf gaan zoeken.

 

Steven Lee Myers, De nieuwe tsaar. De opkomst en heerschappij van Vladimir Poetin, Prometheus, 2016.      

Recensie door Jef Abbeel     

mailto:jef.abbeel@skynet.be

Print Friendly and PDF
Brief aan de paus - Mark Vangheluwe

Brief aan de paus - Mark Vangheluwe

De geluksmachine - Frank Mulder

De geluksmachine - Frank Mulder