Door Duitse puinen - Bert Cornelis

Door Duitse puinen - Bert Cornelis

De Tweede Wereldoorlog blijft een bron van inspiratie voor schrijvers wereldwijd. De directe getuigen van deze dramatische periode waarin de nazi’s politieke tegenstanders, verzetslieden, Joden, zigeuners, homoseksuelen en ‘asocialen’ vervolgden, deporteerden naar de concentratiekampen en hen daar vernietigden of als slavenarbeiders inzetten voor hun wapenproductie, zijn op enkele uitzonderingen na, overleden. Maar op de zolders van hun kinderen en kleinkinderen liggen soms nog documenten, manuscripten, dagboeken en andere getuigenissen over hun beproevingen in de kampen. Die vullen vaak hiaten aan over gebeurtenissen die nog niet of nauwelijks beschreven werden. Het is de taak van historici en andere onderzoekers om die getuigenissen te verwerken in boeken zodat het nageslacht weet wat er ruim tachtig jaar geleden gebeurd is.

Historicus Bert Cornelis, auteur van de boeken De zaak van de zwarten en Hitler en de Belgen, kreeg als bij toeval een uniek handgeschreven manuscript in handen van een zekere Louis Van Meel. Hij was een verzetsman uit Rotselaar die de kampen Breendonk en Buchenwald overleefde. Bizar genoeg beschreef hij daarin niet zozeer zijn verblijf in de kampen zelf, maar wel zijn helletocht tijdens de laatste dagen van de oorlog en de eerste dagen na de bevrijding. Het is een pakkend relaas over de dodenmars die Louis samen met drie vrienden, opgejaagd door zijn kampbewakers en het oprukkende Rode Leger, meemaakte doorheen het verwoeste Duitsland in april 1945. En later een aaneenschakeling van vreselijke gebeurtenissen die hij meemaakte in de door de Sovjets bezette gebieden.

Zelf schreef ik in verschillende werken over de concentratie- en vernietigingskampen in nazi-Duitsland, de dodenmarsen en de bevrijding, aan de hand van aangrijpende en gruwelijke getuigenissen van overlevenden. Maar nog nooit las ik zo’n hard, afstotelijk en horribel gedetailleerd oogverslag over de complete chaos, willekeur, rechteloosheid, onmenselijkheid, geweld en doodslag, tijdens die periode tussen de eindstrijd van de nazi’s en de uiteindelijke bevrijding. Cornelis besefte onmiddellijk de waarde van dit manuscript en reconstrueerde via heel wat bijkomend onderzoek in binnen- en buitenlandse archieven het complete verhaal van de protagonist Louis Van Meel. Het resultaat is een bijzonder goed gedocumenteerd en vlot leesbaar boek onder de titel Door Duitse puinen, dat qua gruwel niet moet onderdoen voor het lugubere meesterwerk Kaputt van Curzio Malaparte.

De zoon van Louis Van Meel vond op zijn zolder nog andere geschriften van zijn vader over zijn verblijf in Breendonk en Buchenwald en het minder bekende concentratiekamp Langenstein Zwieberge. Louis was een echte scoutsman die al in maart 1941, op zijn vijftiende, aansloot bij de Nationale Koninklijke Beweging, een Belgische verzetsgroep die ook actief was in de regio Leuven-Aarschot. Zelf moest de jonge Louis wapens en munitie vervoeren en sluikblaadjes bedelen. Omdat het verzet in 1943 steeds heviger werd met sabotagedaden en bomaanslagen, begonnen de Duitse bezetters zich beter te organiseren en kwamen de Gestapo en de Sicherheitsdienst steeds meer verzetsmensen op het spoor. Op 23 december 1943 werd Louis opgepakt en samen met een dertigtal andere mannen afgevoerd naar Breendonk.

Over wat zich daar afspeelde, kan men lezen in het beklijvende boek Breendonk. Kroniek van een vergeten kamp van Jos Vander Velpen. Louis en drie van zijn vrienden overleven het, maar worden in mei 1944 op transport gezet naar het beruchte concentratiekamp Buchenwald, waar op dat ogenblik al ruim 37.000 gevangenen zaten. Hier ziet en ondergaat hij de gewelddadigheid van de kapo’s, medegevangenen die door de Duitsers zijn aangesteld om de orde te handhaven, en die dat met bijzonder harde hand doen. Cornelis vond in het enorme internationaal centrum over de nazi-vervolging in Bad Arolsen de inschrijvingskaart van Louis in Buchenwald. Op de foto ziet hij er nog sterk en zelfverzekerd uit. Een maand later stuurt men hem, en zijn drie vrienden, naar het werkkamp Langenstein-Zwieberge in het noorden van het Harz-gebergte in de huidige deelstaat Saksen-Anhalt om er een spoorlijn aan te leggen, een manier van Vernichtung durch Arbeit.

Louis heeft wel een groot voordeel: hij spreekt Duits. Zo wordt hij aangesteld als de ploegbaas van een commando dat er tunnels moet bouwen. Hier beleeft hij de moeilijkste momenten door het fysiek zware werk en de voortdurende honger die hem en zijn vrienden uitputte. Cornelis publiceert tussen zijn historische weergave van Louis verblijf in de kampen, fragmenten uit zijn memoires gepubliceerd, wat de leesbaarheid ten goede komt. Die handgeschreven persoonlijke getuigenissen versterken ook de inleving van de lezer in het grote verhaal. De taal die Louis gebruikt is beeldend, bijzonder gedetailleerd, direct en meeslepend. Maar de inhoud van zijn memoires zijn ronduit ijzingwekkend.

Dat is onder meer het geval bij zijn getuigenis over de dodenmars die Louis in april 1945 meemaakt. De colonnes gevangenen worden bewaakt door SS’ers die uitgeputte of zieke achterblijvers ter plaatse doodschieten. De auteur illustreert dit met een macabere foto (die ik nog niet kende) van gevangenen die in hun gestreepte kledij dood langs de weg liggen. Tijdens het stappen overheerst bij alle gevangenen één gevoel: honger. Als ze enkele Duitse vrouwen passeren, proberen die water en voedsel te geven aan de ongelukkigen, maar de SS’ers laten het niet toe. Andere Duitsers blijven zich echter vijandig opstellen. Als Louis en zijn vrienden uit de dodenmars kunnen ontsnappen en zich wegsteken bij een boer, beweert die dat hij hen zal helpen. Maar al snel blijkt dat hij hen verraadt. Ook leden van de Volkssturm blijven jacht maken op gevluchte gevangenen.

Louis en zijn vrienden slagen erin om hen te ontlopen en beschrijft dan zijn ervaringen met de Russen die hen wel helpen, maar tegelijk vreselijk tekeergaan tegen de Duitse bevolking. Ze nemen wraak door eigendommen te stelen en vooral door de vrouwen aan te randen. Zowat twee miljoen Duitse vrouwen worden verkracht. ‘Er zijn geen wetten en regels, alles is toegestaan,’ aldus Cornelis. De beschrijvingen van Louis van deze tragedie zijn de hardste om te lezen. Sommige van de vrouwen bieden zich spontaan bij hem aan in de hoop dat hij ze zal meenemen naar het Westen, om zo de Russische gruweldaden te ontlopen. Als een Rus een Duits meisje wil verkrachten zet Louis een pistool tegen zijn hoofd en schiet hem dood. En dan volgt de tocht door de Amerikaanse linies naar huis. Uiteindelijk bereikt hij zijn woonplaats in Rotselaar. Zijn moeder herkent hem eerst niet, zo veranderd is hij.

In zijn slot wijst Bert Cornelis terecht op het feit dat na de oorlog nauwelijks aandacht ging naar de afgevoerde verzetsmensen. Soms omdat ze zelf liever zwegen over wat ze in de kampen hadden meegemaakt of omdat ze vreesden dat men hen niet zou geloven. Het is pas recent dat er weer aandacht voor hen is, onder meer door het initiatief dat historicus Dany Neudt op internet nam, door elke dag een verzetsman of -vrouw onder de aandacht te brengen. Verzet tegen inhumane machthebbers in noodzakelijk. Ook vandaag gebeuren in Oekraïne en Gaza zaken die compleet onaanvaardbaar zijn. Door Duitse puinen is een belangrijk boek met een belangrijke boodschap. Elke vorm van totalitarisme leidt tot onmenselijkheid. Bert Cornelis schreef een indrukwekkend boek.

 

Recensie door Dirk Verhofstadt

Bert Cornelis, Door Duitse puinen, Manteau. Standaard Uitgeverij, 2024

Print Friendly and PDF
De SS’ers - Armando & Hans Sleutelaar

De SS’ers - Armando & Hans Sleutelaar

Verlicht en vilein - Marleen de Vries

Verlicht en vilein - Marleen de Vries