Het is een oude politieke truc om vrees aan te jagen – Paul De Grauwe

Het is een oude politieke truc om vrees aan te jagen – Paul De Grauwe

Wat een catastrofeverhaal kregen de Gentse studenten te horen toen de Belgische premier er onlangs een lezing kwam geven. België stond aan de rand van de afgrond. De begrotingstekorten en de overheidsschuld waren nu zo onhoudbaar hoog dat onze welvaart op instorten stond. Hij waarschuwde de studenten dat er voor hen geen sociale zekerheid meer zou zijn, tenzij … Tenzij, onder zijn leiding, weer orde op zaken zou worden gebracht. Oef, gelukkig was er een held die de catastrofe door krachtdadig optreden zou afwenden.

Laten we even een historisch perspectief inbrengen. Want sinds de jaren zeventig, toen ik economie begon te studeren, heb ik niets anders gehoord dan dat de budgettaire tekorten en de overheidsschuld onhoudbaar hoog zijn en als daar niet snel verandering in komt heel ons sociaal systeem in elkaar zou storten. Je kunt geen sociaal paradijs bouwen op een economisch kerkhof, zoals dat toen ook al klonk. Na meer dan een halve eeuw donkere preken hebben we nog altijd geen economisch kerkhof en ons sociaal systeem staat nog altijd recht.

Hier zijn enkele cijfers. Het Belgische begrotingstekort van 2025 wordt op 4,9 procent van het bbp geschat. Sinds 1970 zijn er exact 25 jaren (bijna de helft van de tijd dus) dat het begrotingstekort hoger en soms veel hoger was dan vandaag. Gedurende de periode van 1979 tot 1993 was er geen enkel jaar dat het tekort beneden 7 procent lag. Er waren zelfs zes jaren dat het tekort uitsteeg boven de 10 procent van het bbp. Dat was onhoudbaar, en een graad van onhoudbaarheid die duidelijk uitstak boven de onhoudbaarheid van vandaag. De voorspelde catastrofes bleven echter uit.

Het begrotingstekort alleen zegt niet alles. Je kunt een hoog tekort hebben met een lage overheidsschuld en dan is dat tekort minder problematisch. Laten we dan ook de overheidsschuld vandaag en in het verleden bekijken.

Vandaag bedraagt die 105 procent van het bbp. Sinds 1970 waren er 26 jaren dat de overheidsschuld hoger was dan vandaag. Ook hier waren er vele jaren dat die schuld beduidend hoger was dan 105 procent. Gedurende vijf jaar, van 1991 tot 1995, stak de overheidsschuld uit boven 130 procent van het bbp. De jaren van hoge overheidsschuld waren ook jaren met tekorten die veel hoger waren dan vandaag. Er volgden geen catastrofes.

Daarmee wil ik het begrotingsprobleem van vandaag niet bagatelliseren. Dat tekort moet naar beneden. Maar het helpt niet om voortdurend alarm te slaan, zoals Bart De Wever nu doet.

Het is een oude politieke truc om vrees aan te jagen, om dan te beloven redder van het vaderland te worden. Meestal werkt het niet, soms wel. Zoals in de jaren negentig. Toen klonk het: we zullen niet kunnen toetreden tot de muntunie. Dat was een unieke en heel gevaarlijke dreiging die het land nog nooit had geteisterd. Die werd volop ten tonele gevoerd en liet de regering-Dehaene in de jaren negentig toe drastische saneringen en belastingverhogingen door te voeren.

Uiteindelijk bleek dat er geen paniek nodig was. Ongeveer de helft van de kandidaat-landen werd toegelaten tot de muntunie, ondanks het feit dat ze volgens het Verdrag van Maastricht onvoldoende orde in hun begrotingen hadden gebracht. Het wordt politiek moeilijk om nieuwe valse dreigingen op te voeren.

Wat we ook leren uit de begrotingssaneringen van de jaren negentig (buiten het feit dat alleen ingrepen werken die zowel knippen in de uitgaven als de belastingen verhogen) is het volgende. Budgettaire saneringen zijn veel gemakkelijker door te voeren als er economische groei is. In de jaren negentig was die dubbel zo hoog als vandaag: 2,5 procent per jaar toen, vandaag nauwelijks 1 à 1,5 procent.

Elke budgettaire sanering heeft een krimpeffect op het bbp en doet de inkomens dalen, ook de belastinginkomsten van de staat. Dat perverse effect blijkt sterker te zijn als de economie niet groeit. Het resultaat is dan dikwijls dat het tekort moeilijk te drukken is en dat paradoxaal genoeg de schuldratio, die de verhouding schuld/bbp weergeeft, stijgt in plaats van daalt omdat de noemer sneller daalt dan de teller.

Cruciaal is het dan dat een beleid wordt gevoerd dat de economische groei stimuleert. Dat kan door de publieke investeringen drastisch te verhogen. Mijn voorstel is dit mogelijk te maken door de belastingen op de topinkomens (5 procent hoogste inkomens) te verhogen. Zoals ik in mijn vorige column betoogde, staat die inkomensklasse aanmerkelijk minder van zijn inkomen af aan de staat. De top 1 procent, bijvoorbeeld, betaalt minder dan 25 procent belastingen op reeds superhoge inkomens; dat is de helft van wat de modale Belg betaalt. Een unieke kans om economische efficiëntie te combineren met meer eerlijkheid.

 

Paul De Grauwe

De auteur is professor economie aan de London School of Economics

Print Friendly and PDF
They Thought They Were Free: The Germans 1933-45 - Milton Sanford Mayer

They Thought They Were Free: The Germans 1933-45 - Milton Sanford Mayer