Maatschappelijke breuklijnen in de begrotingsdiscussies – Paul De Grauwe

Maatschappelijke breuklijnen in de begrotingsdiscussies – Paul De Grauwe

De intense begrotingsdiscussies van de laatste maanden hebben een duidelijke breuklijn blootgelegd tussen de betrokken partijen.

Voor een eerste groep is het begrotingsprobleem een uitgavenprobleem. De uitgaven zijn veel te hoog. De overheid moet afgeslankt worden. Voor die groep is elke belastingverhoging slecht. De belastingdruk in België is al de hoogste in de wereld, zo stellen de pleithouders van deze visie. (Wat duidelijk onjuist is: volgens de OESO is de globale belastingdruk als percent van het bbp hoger in Frankrijk, Denemarken, Oostenrijk, en Italië.)

Maar toegegeven, de belastingdruk in België behoort bij de hoogste in de wereld. Het is onzinnig om die verder op te drijven. Dus eerst de uitgaven aanpakken en dan praten we over belastingen, als dat nog nodig zou blijken.

Voor een tweede groep zijn niet alleen de uitgaven een probleem (voor sommigen in die groep zijn die uitgaven helemaal geen probleem, maar dit is zo’n extreme stelling dat ik er verder geen aandacht aan besteed). Ook de belastinginkomsten vormen een probleem en moeten, samen met de uitgaven, betrokken worden in de discussies.

In vorige columns benadrukte ik reeds uitvoerig dat de topinkomens in België (de top 5 procent en vooral de top 1 procent) een veel lichtere belastingdruk torsen dan de modale Belg. Om het begrotingsprobleem op te lossen zal het niet volstaan om te bezuinigen op de uitgaven. Ja, er zal bezuinigd moeten worden, maar tegelijk zullen een aantal geprivilegieerde groepen (die vooral behoren tot de hoogste inkomensklassen) meer belastingen moeten betalen.

Ideologische breuklijn

Achter die breuklijn in de begrotingsdiscussie schuilt een diepere ideologische breuklijn. Die ziet er als volgt uit.

Voor de eerste groep creëren alleen de ondernemers in vrije markten economische welvaart. Afgezien van enkele essentiële taken zoals orde en veiligheid, creëert de overheid geen economische welvaart. De ondernemers zijn productief, de overheid is dat niet. Die overheid teert op de welvaart die door ondernemers wordt gecreëerd.

Ondernemers moeten dus gekoesterd worden. En de overheid moet klein gehouden worden, anders wordt de last die weegt op de ondernemers te hoog. Die haken dan af en we worden allen armer. Het zal geen verwondering wekken dat die theorie vooral populair is bij ondernemers en bij economen die door de ondernemers worden betaald.

Voor de tweede groep is er geen hiërarchie van economische waarden. De ondernemers en de overheid creëren samen welvaart. De ene kan niet zonder de andere. De overheid zal onvoldoende middelen hebben als de ondernemers geen waarde meer creëren. Maar ook omgekeerd zullen de ondernemers geen economische waarde kunnen creëren als de overheid het laat afweten.

Neem als voorbeeld het onderwijs. De overheid is de enige instantie die ervoor zorgt dat onderwijs toegankelijk is voor iedereen. Dat heeft tot gevolg dat het grootste deel van de bevolking geletterd is. Velen zijn geschoold en hebben een technische en wetenschappelijke bagage. Zonder die scholing van de bevolking heb je geen performante bedrijfswereld en zullen weinig ondernemers economische waarde creëren.

Hetzelfde kan gesteld worden over de gezondheidszorg, in feite over sociale zekerheid in het algemeen. Die laatste is nodig, niet alleen voor het geluk van de mensen, maar ook als middel om sociale en politieke stabiliteit mogelijk te maken, zonder dewelke de ondernemerswereld niet kan floreren.

Gezamenlijke aanpak

Het zal duidelijk zijn voor de lezer dat ik tot de tweede groep behoor. Dit leidt mij tot de conclusie dat de uitgaven en de belastingen gezamenlijk aangepakt moeten worden. Er mogen geen taboes zijn in de aard van: de uitgaven moeten dalen, aan de belastingen mag niet gesleuteld worden. Als we vinden dat het onderwijs te weinig onderwijzend personeel aantrekt, met het gevolg dat de kwaliteit van dat onderwijs daalt, dan moeten er middelen gevonden worden om het beroep van onderwijzend personeel aantrekkelijker te maken.

Als de ziekenzorg faalt om mensen met mentale problemen te helpen, is dat ook een reden om meer middelen aan te wenden en dan zullen de belastingbetalers moeten aangesproken worden, vooral diegenen die onvoldoende bijdragen.

Omgekeerd is ook waar. Als blijkt dat de overheid heel inefficiënt omgaat met belastinggeld, dan moet in die uitgaven gesnoeid worden, zodanig dat de belastingdruk voor vele Belgen kan verminderd worden. Alleen als we het begrotingsprobleem holistisch aanpakken, kan het opgelost worden.

 

Paul De Grauwe

De auteur is professor economie aan de London School of Economics. Zijn columns verschijnen tweewekelijks in De Morgen.

Print Friendly and PDF
Met extreemrechts zaken doen, is slecht voor mens en milieu – Dirk Verhofstadt

Met extreemrechts zaken doen, is slecht voor mens en milieu – Dirk Verhofstadt